dinsdag 3 mei 2011

Kijken-Rudi Fuchs-Donald Judd. Atmosferische kleuren in de natuur.

In mijn huis staat een stoel, de voorkant van die stoel is geheel rood, de achterkant is zwart, de "draaier" waar het geheel op leunt is zilver-grijs. Ik heb de stoel destijds bij de Ikea gekocht voor een euro of  zeventig. Omdat in de tijd die er tussen de aanschaf van de stoel en het heden een gat gaapt van ongeveer acht jaar heeft zijn oorspronkelijke functie afgedaan. Die is overgenomen door een tweedehands stoel van 35 euro en een tweedehands bank van honderd euro. Dat komt: toen ik de stoel van de Ikea kocht woonde ik in Centraal Afrika op een kamer van 3,5 m. bij 3,5 m.. Nu woon ik aanzienlijk groter en heb daarom plaats voor een stoel en een bank, welke evenwel samen een geheel moeten vormen, of in ieder geval niet te verschillend in stijl en type moeten zijn, om van mijn huiskamer geen rommeltje te maken. Dat betekent: een lichtblauwe bank, van enigszins grof geweven stof en een donkergrijze stoel, ook van stof, fijner geweven maar met een zelfde soort opstaande "stikselranden". De stoel van de Ikea werd overbodig, bovendien zat hij niet erg lekker. Ik gooide er een gedragen broek over heen en later een hemd en nog een hemd en weer een broek en een shirt en misschien een sok en ergens onder verstopt een gedragen onderbroek met bruine streep. Alles bij elkaar een hele hoop kleuren; Jopie Huisman zou ik zeggen, maar vanmorgen las ik de Groene Amsterdammer van 7 oktober 2010, en daarin stond een artikel van Rusi Fuchs over een kunstwerk van Donald Judd. Een stalen kubus met kleurvlakken. Rudi Fuchs legt uit wat hier bijzonder aan is en zijn conclusie luidt: Untitled [is] de rustige drager van 328 wisselingen tussen geel, rood, blauw en Turquoise. Dat is zijn rijkdom. ... Nergens denk je nog, als bij een impressionistisch schilderij, aan atmosferische kleuren in de natuur - daarvoor is de afgepastheid van de choreografie gewoon te rigoreus. Abstracte kleur. Dat is de bijdrage van Judd.

Donald Judd: Untiteld 1989

Verdomme hé! dacht ik. Dat is net mijn stoel met gedragen kleren, hoewel je hier nog wel aan de natuur kunt denken: ik heb bloemetjeshemden. Ik vond het altijd meer een voddenbaal van Jopie Huisman, zoals gezegd:


Jopie Huisman
Jopie Huisman

Maar nu begrijp ik dat ik mijn kleurige kleren, de drager van die kleren: de stoel als drager van kleuren, kan opwaarderen tot een Donald Judd. Een kunstwerk dat in een kerk niet zou misstaan. Rudi Fuchs: Op een weloverwogen manier in een ruimte geplaatst gaan die volumes, [de kubus van Judd] door hun proporties, de ruimte dragen. Ze geven de ruimte gravitas - zoals in een kerk de melodische klank van een orgel de ruimte bezielt. Die muziek geeft, vreemd genoeg, aan de ruimte ook rust en stilte. Maar ik laat me nu meeslepen. Door hun formele eenvoud zijn de volumes van Judd ook wonderlijk terughoudend. Hun vorm is daarom zo discreet om maximale ruimte te laten voor de tovering van kleur. 
Daar heb je het: mijn stoel een orgelstuk (Cees Nooteboom over zijn schrijverschap op hogere leeftijd: ik ben uitgegroeid tot een orgel met vele registers), een sculptuur in mijn huiskamer, in meer abstracte vorm te bewonderen in internationale musea. Ik wens geen raar commentaar meer.

Link naar artikel Rudi Fuchs, mits je op de site kunt inloggen:
http://www.groene.nl/2010/40/gravitas

maandag 2 mei 2011

Ter Helle en ter Hema: een ode en een garnaal

Af en  toe weet ik zelf niets te schrijven, en daarom plaats ik hier een ode van een van mijn cliënten. Het gedicht heeft hij geschreven voor een geliefde in de verte, in de mist van het bejaardenrijk. De schrijver zelf, is een bankier van 35: Stach Hooijer (ING).


Mijn Olijfvliegje, lief Piertje


Oh u, met uw staalgrijze lach,
Of is dat uw haar dat voor uw gezicht waait,
Lang,  het haar is lang, en uw lach duurt,
Dat kan ik nu niet weten.
Wel hoor ik u lachen: sputteren, kuchen.
U bent ook oud, en een lach is moeilijk.


Ook houd ik van uw rimpels, uw zweet en uw deodorant,
Een lucht die nog overstemd wordt door uw parfum.
Waar u dat koopt, daar moeten ze in rijen staan:
Bejaardes met de vraag: heeft u die bloemengeur?
Maar het zweet tussen uw rimpels,
Uw adem die rottende ingewanden verraadt,
En pepermuntjes die niet meer worden verteerd,
Het zijn luchten, die mij vervullen van brandend
Verlangen en mijn onderbroek met warm kloppend vlees.


Nou ja, een peipelig garnaaltje,
Zo eentje die je per kilo koopt en waar de pootjes
En de eitjes en de sprietjes nog aan zitten,
Evenwel, dan heeft u meer te knabbelen
Met uw poezelig kunstgebit,
En niet brandend heet, maar gekookt en al weer
Behoorlijk afgekoeld, want ik weet:
Hoe dichter uw graf naakt,
Hoe meer u de vlammen der Hel
Aan uw eeltige voetzolen voelt likken,
Opkruipend naar uw schimmelig kruis,
Hoe meer u het wilt blussen,
Uw zonden weg wilt wassen,
Met een bessen of een bittertje en
Een lepeltje advocaat.
Daarom: mijn piepelig lauwe garnaal.
(Whiskeysaus)


Oh u, wanneer treden wij voor het Hoogaltaar
Der liefde, opdat ik in uw rimpels kruipen mag,
Uw uitvallende haren mag strelen en uw oogleden,
Die hangen als uw borsten,
Mag kussen, allebei.
En dan: de kus op uw wang
Voor het slapengaan wormstekig:  
1) Aangestoken 2) Gemaaid 3) Maaiig 4)
Maaistekig 5) Memelig 6) Pierig 7)
Vermolmd 8) Verwormd
-Kenmerkende flavour van olie uit olijven
Die sterk te lijden hebben gehad
Onder larven van de olijfvlieg (Dacus Oleae)


Uw gesnurk een stoomgemaal,
Een voorlaatste ademtocht vanuit de
Boezem der ouderdom,
Naar de ringvaart,
Want dat weet u nog niet:
Morgen maken wij een tochtje
met een rondvaartboot.
Vind u dat niet leuk?


En helemaal niet duur.


En dan meren wij aan de
Louteringsberg en kunnen terug:
Ter Helle, of opwaarts: Ten Hemele,
Maar eerst ter Hema,
Lekker toch,
Restaurant op de begane grond,
Voorportaal met worst,


En helemaal niet duur.



Stach op de nudistencamping. Detailfoto.   Familiebezit Fam. Hooijer.